• Mise en place: dit kun je van te voren doen. Daarna het gerecht bewaren in de koelkast of diepvries (ijs).
  • Dit doe je vlak voor je gaat eten
* alle recepten zijn voor 4 personen, tenzij anders is aangegeven

Massaman-curry

Dit gerecht heb ik gemaakt bij een kookworkshop die ik in Chiang Mai (Noord-Thailand) heb gevolgd. Verrukkelijk en verrassend! Ik heb het recept een beetje aangepast aan wat je hier in Nederland kunt krijgen, maar de smaak is er niet minder om.
Typisch Thais is dat de smaken scherp, zout, zuur en zoet met elkaar in balans moeten zijn. Dat moet je dus een beetje op je gevoel en eigen smaak doen.

Ben je geen kipliefhebber, dan kun je die ook vervangen door geroerbakte reepjes biefstuk of -voor de vegetariërs- tofu. Voor beiden geldt: apart bakken in een wok en op het laatst toevoegen.

Categorie

,

Ingrediënten

  • 4 gedroogde chilipepers
  • 2 theelepels kaneel
  • 2 theelepels gemalen kardemon
  • 2 anijssterren
  • 2 theelepels korianderzaad
  • 2 theelepels kurkuma
  • 2 stengels sereh
  • 2 cm galangawortel
  • 2 tenen knoflook
  • 4 sjalotjes
  • 2 ons sperziebonen
  • 4 dl kokosmelk
  • 2 dl groentebouillon
  • 2 ons geschrapte krieltjes
  • 4 ons kipfilet
  • 400 gram pandanrijst
  • 2 eetlepels vissaus
  • 1 eetlepel tamarindepasta
  • 1 eetlepel (palm)suiker

Bereiding

Kook de sperziebonen en de krieltjes beetgaar.
Wrijf de peper, kaneel, kardemon, anijssterren, kurkuma en korianderzaad fijn in een vijzel of maal ze in de keukenmachine. Rooster de kruiden zachtjes in een droge koekenpan, tot de geuren goed  vrij komen.
Hak de sereh, galangawortel, knoflook en sjalotjes heel erg fijn, bijna tot pulp. Doe een drupje olie in een wok en bak de pulp erin en voeg na korte tijd de specerijen toe. Haal de currypasta uit de wok en doe er de kokosmelk en groentebouillon in. Als deze warm is, voeg dan de currypasta toe en roer goed door. Voeg daarna de kipfilet (in kleine stukjes gesneden) toe en laat gaar worden.

Kook de pandanrijst en warm de curry op. Voeg de sperziebonen en krieltjes toe en laat op een zacht vuurtje warm worden. Voeg naar smaak de vissaus (zout), tamarinde (zuur) en suiker (zoet) toe.


Print